10-07-2020

Leidt ontbreken van verzekeringsdekking tot beroepsfout adviseur?

 

ECLI:NL:GHAMS:2020:1209
Gerechtshof Amsterdam 28 april 2020

Op de verzekeringsadviseur rust de plicht om de verzekeringsbelangen van zijn klanten te behartigen. Een van de kerntaken is om te voorkomen dat er een gat in de dekking ontstaat. Er doet zich dan een evenement voor waaruit schade volgt maar waarvoor geen (toereikende) verzekeringsdekking is gesloten. Maar het is een misvatting dat het ontbreken van verzekeringsdekking in alle gevallen per definitie het gevolg is van het tekortschieten van de verzekeringsadviseur. Ook de klant heeft immers een eigen verantwoordelijkheid om zijn verzekeringsadviseur te informeren over bepaalde ontwikkelingen. Op die manier wordt de verzekeringsadviseur ook in staat gesteld om invulling te geven aan zijn zorgplicht. In deze zaak die in eerste aanleg was voorgelegd aan de rechtbank Den Haag oordeelt het gerechtshof Den Haag over het verwijt dat een verzekering niet was gesloten. De casus was als volgt.

Verzuim(verzekering)

X runt een bedrijf dat zich richt op het verlenen van parkeerdiensten voor reizigers van en naar de luchthaven Schiphol. X laat de verzekeringsbelangen sinds 2011 behartigen door verzekeringsadviseur Y. Tussen partijen vinden in de loop der jaren meerdere gesprekken plaats. Op enig moment heeft Y bemiddeld bij de totstandkoming van een aansprakelijkheidsverzekering, een autoverzekering en een verzuimverzekering ten behoeve van de werknemer die op dat moment bij X in dienst was.

In maart 2015 heeft de verzuimverzekeraar laten weten dat de verzekering wordt beëindigd omdat er toen geen personeel meer in dienst was. Later dat jaar trad er wederom een personeelslid in dienst bij X. Op 16 oktober 2015 begon werknemer C namelijk aan zijn eerste werkdag. C is die dag een auto-ongeluk overkomen. Daardoor is C ernstig gewond geraakt. X was niet verzekerd voor de schade die C als werknemer heeft geleden bij de uitoefening van diens werkzaamheden voor het bedrijf van X.

Door X wordt aan Y, zijn verzekeringsadviseur, het verwijt gemaakt dat Y heeft nagelaten om een verzekering tot stand te brengen die het risico dekt van het ontstaan van schade door een werknemer in het verkeer. De rechtbank heeft deze vordering in eerste aanleg afgewezen. X is van die uitspraak in hoger beroep gegaan. Aan het hof wordt de vraag voorgelegd of Y heeft gehandeld zoals in de gegeven omstandigheden van een redelijk bekwaam en redelijk handelend assurantietussenpersoon mocht worden verwacht.

Schending zorgplicht?

Volgens het hof zal wat in een concreet geval mag worden verwacht afhangen van de aard en de inhoud van de verleende opdracht, de daarbij betrokken belangen en de omstandigheden van het geval. Het hof stelt vast dat beide partijen het er over eens zijn dat vaststaat dat het risico, geen verzekeringsdekking voor schade in het verkeer van werknemers, in dit geval niet was verzekerd. De vraag is vervolgens of X dit aan Y met succes kan verwijten.

Het hof is van oordeel dat dit niet het geval is. Het hof stelt voorop dat de vorderingen van X zijn gebaseerd op de stelling dat Y de zorgplicht heeft geschonden. X draagt daarmee (artikel 150 Rv) de bewijslast van de feiten die zij hieraan ten grondslag legt. Op grond van vaste jurisprudentie hoeft Y op haar beurt niet ook nog de feiten te bewijzen die zij aan haar verweer ten grondslag legt.

Volgens het hof heeft Y ten behoeve van de overige bedrijfsverzekeringen de bedrijfsactiviteiten van X geïnventariseerd. Toen is vastgesteld dat er geen werknemers in dienst waren bij X. Een risico zoals zich dat met werknemer C in oktober 2015 heeft voorgedaan, bestond daarmee in het geheel niet op het moment dat de gesprekken met X gevoerd werden. Y kon dus überhaupt geen advies geven over een risico dat niet aan de bedrijfsuitoefening van X was verbonden.

X heeft Y ook niet op voorhand geïnformeerd over het in dienst nemen van X. Y was er dus niet van op de hoogte en kan dus niet worden verweten dat er geen aanvullende dekking werd geadviseerd aan X. Volgens het hof had Y ook niet de plicht om hierover uit eigen beweging advies uit te brengen aan X voor het geval X in de toekomst rijdend personeel zoals C in dienst zou nemen. Het hof stelt namelijk vast, net als eerder al de rechtbank, dat Y bij herhaling bij X heeft geïnformeerd of er inmiddels personeel in dienst was. X heeft daarop steeds te kennen gegeven dat zij Y op de hoogte zou stellen in het geval er personeel zou worden aangenomen.

Y mocht er volgens het hof vanuit gaan dat X zich bij haar zou melden als zij een werknemer in dienst wilde nemen voor het rijden van auto’s van klanten. Y hoefde pas op dat moment in actie te komen door tot advisering over de risico’s en de verzekeringsdekking over te gaan. Het was X die Y hierover in het ongewisse heeft gelaten. Het hof komt daarmee tot de eindconclusie dat Y zich heeft gedragen zoals van een redelijk handelend en redelijk bekwaam assurantiebemiddelaar en adviseur mocht worden verwacht. De grieven van X worden door het hof dus verworpen waarmee X in deze zaak achter net vist.

Lees hier het artikel zoals het is verschenen in Beursbengel nr. 896 | juli 2020

Mijn expertises

  • toezichtwetgeving (waaronder vakbekwaamheid en beloning);
  • bedrijfsovername en portefeuilleoverdracht;
  • verzekeringsrecht en aansprakelijkheidsrecht;
  • arbeidsrecht;
  • samenwerking met aanbieders of tussen intermediairs onderling;
  • nieuwe distributiekanalen.

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

Naam
Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Mijn expertises

Ik stel de bedrijfsvoering, de klant en het personeel van intermediairs centraal

Bedrijfsovername

  • Due Diligence Onderzoek (DDO)

  • Onderhandelen

  • Contracten opstellen

Geschillen

  • Dekkingsgeschillen

  • Aansprakelijkheidskwesties

  • Aandeelhoudersgeschillen

Financieel toezicht

  • Advies Wft / Bgfo

  • Vergunning

  • Beheerst beloningsbeleid

Contracten

  • Opstellen overeenkomsten

  • Beoordelen (polis) voorwaarden

  • Herschrijven voorwaarden op B1-niveau

  • Gespecialiseerd

    in de financiële branche

  • Advies en begeleiding

    bij aan- of verkoop van een assurantieportefeuille

  • Specifiek

    gericht op het intermediair

  • Klankbord en adviseur

    bij geschillen tussen diverse partijen

Polis Advocatuur in

Wilt u meer weten of wilt u persoonlijk kennismaken?
Neemt u dan gerust contact op.

  • Adres

    Regus The Mark | Office 304
    Fascinatio Boulevard 216-220
    3065 WB Rotterdam